Wat zijn hechtingsstijlen? Een hechtingsstijl geeft aan op welke manier kinderen leren met liefde en emotionele intimiteit om te gaan. Een hechtingsstijl laat het automatisme zien, veelal onbewust, als en diep ingesleten patroon. En omdat die patronen zo ingesleten en hardnekkig zijn, nemen mensen die meestal mee naar de volwassenheid. Daar beïnvloeden ze vooral de relatie met hun partner. Want mensen gaan zich aan hun partner hechten zoals ze dat in hun jeugd aan hun ouders hebben gedaan, omdat het een intieme relatie is.
4 verschillende hechtingsstijlen
Zekere hechtingsstijl
Mensen met deze hechtingsstijl voelen zich meestal heel erg op hun gemak in relaties, omdat ze in de basis alle mensen vertrouwen. Zelf zijn ze ook te vertrouwen en stabiel. Zij voelen zich zeker over zichzelf, durven zich kwetsbaar op te stellen en staan open voor anderen, ook als die anders in het leven staan dan zij. Ze durven om hulp te vragen en zijn niet bang voor intimitiet.
Praten over wat hen bezighoudt, is heel normaal voor hen. Liefde geven en ontvangen gaat hen soepel af. Deze mensen zijn opgegroeid met veel aandacht, liefde en verzorging. Het gezin was een veilige en rustige haven.
Mensen met een zekere hechtingsstijl hebben positieve overtuigingen over zichzelf en over anderen: Ik ben oké, jij bent oké.
Gepreoccupeerde hechtingsstijl
Mensen met deze hechtingsstijl vinden het belangrijk om persoonlijk en vertrouwelijk contact met anderen te hebben. Liefst delen ze hun ziel en zaligheid met heel veel mensen. Ze hebben veel behoefte aan aandacht en positieve bevestiging.
Vaak gaat het om mensen die in hun jeugd onvoorspelbare ouders hadden. Deze ouders reageerden niet consequent als hun kind ergens behoefte aan had. Deze onvoorspelbaarheid activeert onzekerheid en een negatief zelfbeeld. Onbedoeld leren dergelijke ouders hun kinderen dat je aandacht kunt afdwingen bij anderen door extreem gedrag te vertonen, zoals zeuren, jengelen, de clown spelen of grapjes maken.
Vaak hebben deze mensen later in hun persoonlijke liefdesrelaties last van onzekerheid, jaloezie en verlatingsangst. Ze hebben veel aandacht en bevestiging nodig en zullen vooral letten op de keren dat ze die niet krijgen. Dit betekent dus niet dat veel bevestiging op een gegeven moment voldoende is om een zekerder gevoel te krijgen. Vergelijk het met de bodemloze put die steeds van buitenaf gevuld moet worden, maar uiteraard niet vol raakt, omdat alles wegzakt.
Zolang mensen hun eigen basis niet goed hebben kunnen leggen, blijven ze heel afhankelijk van de aandacht uit hun omgeving. Een partner is vaak de eerste die dat merkt.
Mensen met deze hechtingsstijl hebben negatieve overtuigingen over zichzelf, maar hebben wel positieve overtuigingen over anderen: Jij bent oké, maar ik niet.
Afwijzend-vermijdende hechtingsstijl
Mensen met deze hechtingsstijl kunnen zich meestal heel goed redden zonder al te nauwe emotionele banden. Zij hechten aan hun vrijheid en zelfstandigheid en vinden het een prettig idee dat ze anderen niet zo sterk nodig hebben. Ze stellen zich dus niet afhankelijk op en stellen het op prijs als anderen dat ook niet doen. Gevolg daarvan is dat ze relaties liever vrijblijvend houden en moeite hebben om zich volledig aan anderen te binden. Bindingsangst is hen dan ook niet vreemd.
Mensen met deze hechtingsstijl hebben als kind vaak koele, afstandelijke ouders gehad die vaak cognitief en rationeel op hun kind reageerden. Dat wil niet zeggen dat de ouders niet voor het kind zorgden, maar op het emotionele vlak gaven ze weinig persoonlijke aandacht. Bij een roep om hulp reageerden ze afstandelijk of afwijzend. Zo leerde het kind dat het zich emotioneel beter niet bloot kan geven, want daar komen alleen maar vervelende reacties op.
Op een onbewuste manier leren deze ouders het kind dus anderen te wantrouwen, van anderen hoef je geen hulp of steun te verwachten, dus zorg ervoor dat je je eigen boontjes leert doppen. Daardoor is de houding van deze mensen ten aanzien van liefdesrelaties gesloten en defensief met weinig emotionele diepgang.
Mensen met deze hechtingsstijl hebben positieve overtuigingen over zichzelf, maar negatieve overtuigingen over anderen: Ik ben oké, maar jij niet.
Angstig-vermijdende hechtingsstijl
Mensen met deze hechtingsstijl vinden het moeilijk om open en eerlijk te zijn naar anderen. Ze vinden het niet prettig om alleen te zijn, maar hebben tegelijkertijd moeite om anderen te vertrouwen of zich afhankelijk op te stellen. Dit omdat ze bang zijn om afgewezen, vernederd of gekwetst te worden. Ook zij vermijden dus emotionele diepgang in hun liefdesrelaties.
Voor mensen met deze hechtingsstijl geldt ongeveer hetzelfde als voor mensen met de afwijzend-vermijdende hechtingsstijl. Ze hebben vaak afstandelijke ouders die er emotioneel niet voor hen waren. Mensen met deze hechtingsstijl hebben dus negatieve overtuigingen over zichzelf en over anderen: Ik ben niet oké, maar jij ook niet.
Het verschil tussen de 2 vermijdende hechtingsstijlen is dat mensen met een angstig-vermijdende hechtingstijl ook negatief denken over zichzelf. Blijkbaar hebben ze ergens in hun opvoeding de boodschap opgepikt dat ze niet de moeite waard zijn om liefde te ontvangen, om aandacht te krijgen. Dit alles kan leiden tot een ingewikkelde dynamiek in een relatie. Wel behoefte aan intimiteit en liefde, maar er ook voor terugschrikken. Het bekende effect van aantrekken en afstoten is hier van toepassing.
De hechtingsstijlen bepalen
Om de problemen in de relatie goed te kunnen begrijpen is het goed om te bepalen wat de hechtingsstijlen zijn bij jullie en hoe deze hechtingsstijlen elkaar triggeren. Tijdens de relatie coachingssessies doen we een test, zodat we de hechtingsstijlen kunnen bepalen. Op die manier wordt je je meer bewust van je reacties en ingesleten patronen in jullie gedrag en kun je leren hier beter mee om te gaan.